De kijker ziet er weinig van, maar elke aflevering van Opsporing Verzocht is tot in de kleinste details doorgesproken. Het resultaat mag er zijn, weten de makers. ‘Niets is zo effectief als dit programma.’
De telefonisten van het belteam zitten klaar, de camera’s zijn naar de juiste plaats gerold en Anniko van Santen staat met een geconcentreerde blik in haar ogen achter haar desk. Opsporing Verzocht staat op het punt van beginnen. Achter de presentatrice een beeldscherm met de onderwerpen van deze aflevering: een woningoverval, een mishandeling, een geval doorrijden-na-een-ongeluk. Het is een trieste opsomming, maar als het meezit, is die lijst onopgeloste misdaden aan het eind van de avond een stukje korter. Of anders over een paar dagen.
Opsporing Verzocht
“We zijn live in…” zegt de regisseur. Daarna is ze stil en telt ze op haar vingers af naar de start van het programma. Op tv ziet het programma er rechttoe rechtaan uit: Van Santen laat beelden van bewakingscamera’s zien, interviewt twee politievoorlichters en roept de kijkers op om vooral te bellen als ze informatie hebben die de politie kan helpen bij het oplossen van een zaak uit de uitzending.
Die simpelheid is schijn, legt Daan Annegarn uit. Hij is als teamleider van het Landelijk Team Opsporingscommunicatie bij de politie nauw betrokken bij het programma. “We vergaderen de hele week tot achter de komma over wat we wel of niet mogen zeggen. Eén verkeerd detail op tv kan een onderzoek de verkeerde kant opsturen; een foutief genoemde naam of een ten onrechte getoond beeld kan enorme impact hebben op het leven van een onschuldige burger. Als we ergens over twijfelen, doen we het gewoon niet.” Van Santen legt uit dat ze juist om die reden een echte pietje-precies is: “Ik lees mijn teksten voor van de autocue. Dat kan ook echt niet anders. Ik heb het over namen van daders en slachtoffers, straatnamen, autotypes, kledingmerken – de feitendichtheid in dit programma is enorm. Improviseren kán gewoon niet.”
Van al die vergaderingen over tekst en inhoud merken kijkers weinig als de presentatrice een eerste gesprek met een politiewoordvoerder soepel afrondt. De camera’s rollen naar een andere plek in de studio en de eerste telefoons beginnen te rinkelen. De aanwezige politiemedewerkers horen de bellers aan, hopend op die ene gouden tip.
Steentje bijdragen
Regelmatig helpen de tipgevers een onderzoek een flinke stap verder, vertelt Annegarn. “Niets is zo effectief als Opsporing verzocht. Mensen willen graag een veilige samenleving en vinden het fijn als ze daaraan kunnen bijdragen. Vooral bij zaken waarin dader en slachtoffer elkaar niet kennen, zoals overvallen, diefstallen en verkeersongelukken, kunnen we de hulp van onze zevenhonderdduizend kijkers goed gebruiken. Als we de identiteit van een dader zoeken, zijn de tips geregeld van onschatbare waarde. En het werkt. Eerder dit jaar toonden we bijvoorbeeld beelden van relschoppers bij een wedstrijd van FC Utrecht. Alle mannen die we in beeld brachten, werden herkend.”
Het belteam heeft het ditmaal druk: de telefoons blijven een half uur lang volop rinkelen. In totaal komen er 36 tips binnen. “De praktijk leert dat er de komende dagen nog meer volgen”, zegt Annegarn. “Sommige tipgevers moeten er eerst een nachtje over slapen voor ze contact zoeken met de politie; anderen bellen later omdat ze de filmpjes dan pas op sociale media zien.”
Soms bellen veel mensen met dezelfde tip. “Als een onbekende auto in beeld komt, dan weten vaak veel bellers welk type het is. Ook vragen over sommige kleding zorgen voor drukke lijnen. Of geluidsfragmenten waarin de verdachte te horen was, zoals ditmaal. Veel kijkers weten zeker: hij sprak Papiaments (een taal die op Aruba, Bonaire en Curaçao wordt gesproken, red.) en dan bellen ze om die kennis met ons te delen.”
Dit soort algemene informatie helpt het onderzoek geregeld verder. Het komt zelfs voor dat dankzij een tip aan het belteam een zaak nog voor het einde van de uitzending is opgelost. “We hebben wel eens gehad dat een moeder haar zoon herkende op de beelden. Ze heeft hem nog tijdens de uitzending naar het politiebureau gebracht.”
Anniko van Santen
Na afloop deelt Van Santen in de nazit de ‘oogst’ van deze uitzending met haar team. Er is een naam van een verdachte genoemd, een beller herinnerde zich een deel van het kenteken van een voertuig en er kwam een interessante tip binnen die kan helpen bij de identificatie van een verdachte.
Ze vertelt ook over een interview dat ze ter voorbereiding op de uitzending met de nabestaanden van een slachtoffer had. Aan haar blik is te zien dat de zaak haar raakt. “Soms staan de tranen me in de ogen; het is een zwaar programma om te maken. Gelukkig horen we geregeld dat we de politie hebben kunnen helpen of laten nabestaanden weten dat we hun verhaal goed hebben verteld. Dan geeft het maken van Opsporing Verzocht heel veel voldoening.”
Opsporing Verzocht is iedere dinsdag om 20:25 uur te zien bij AVROTROS op NPO 2.