De leukste kijktips
Theo van Gogh, de hunkering
De bondgenoten
“Het EK voetbal voor vrouwen. Ik volgde het vrouwenvoetbal al een tijd en het voelde echt als mijn sport. Daarnaast was het mijn eerste grote toernooi op locatie. Ik had weleens een wedstrijd hier of daar verslagen, maar nu stond ik de hele maand in het stadion. Dat het sportief ook nog eens zo goed ging en Nederland Europees kampioen werd, zorgde ervoor dat ik die hele zomer een beetje op een wolk zweefde.”
2. Je maakt de interviewrubriek In de voetsporen van. Wat is dat?
“Een reportage-item in onze Eredivisie-uitzending op de vrijdagavond. Ik interview vaders en hun zonen. De vaders zijn oud-profvoetballers en de zonen zijn nog niet doorgebroken voetballers. Ik hou van de diepgang die in die items zit. Het gaat bijna niet eens over sport. De nadruk ligt op de relatie tussen ouder en kind en de druk die je kunt voelen als je een bekende ouder hebt.”
3. Welke sport beoefen je zelf?
“Ik heb mijn leven lang gebasketbald. Maar dat kon ik niet meer combineren met mijn werk als sportjournalist. Daarna heb ik een tijd gevoetbald in een vriendenteam, totdat ik daarbij vorig jaar een kruisband scheurde. Ik moet nu revalideren en zit daarom veel in de sportschool en bij de fysio. Zodra dat klaar is, ga ik graag weer voetballen.”
4. Klopt het dat je ook in een band speelt?
“Ik heb in een rockband gitaar en toetsen gespeeld. Tegenwoordig zing ik in de NOS-band, met toegankelijk repertoire voor bedrijfsfeesten en partijen. We hebben pas een paar keer opgetreden, zoals tijdens het afscheid van onze directeur Jan de Jong toen hij naar Feyenoord vertrok. Nieuwslezer Jeroen Tjepkema zit ook in de band. Hij zingt.”
5. Wat is het belangrijkste dat je van je ouders hebt meegekregen?
“De overtuiging dat ik altijd kon bereiken wat ik maar wilde. Dat gaf mij zelfvertrouwen. Het maakte niet uit of ik nou minister-president wilde worden of muzikant, want die fases heb ik allebei gehad. Ze geloofden er altijd heilig in dat ik dat zou kunnen. Toen ik eenmaal bedacht: ik wil presentator van Studio Sport worden, voelde het voor mij ook heel logisch om daarvoor te gaan.”
6. Wat doe je over vijf jaar?
“Waarschijnlijk werk ik hier dan nog steeds bij Studio Sport. Het grappige is dat ik hier mijn droombaan kreeg toen ik ontzettend jong was. Ik was pas 21 toen ik solliciteerde en 22 toen ik als presentator begon. Ik heb totaal geen reden waarom ik hier weg zou willen gaan. Ik zit hier goed op mijn plek en ik denk dat ik ook heel goed bij de publieke omroep pas. Ik ben nog steeds heel ambitieus en nog lang niet uitgeleerd.”
NOS Studio Sport, zondag - NPO 1 • 18.10 uur
