Ze eten, drinken én slapen voetbal, de trainers uit het amateurvoetbal die afgelopen seizoen voor de realityserie De Voetbaltrainer werden gevolgd. Ze vinden het een prachtsport. ‘Voetbal brengt stratenmaker en chirurg bij elkaar.’
Voetbal is voor sommige mensen meer dan een spelletje, blijkt in de nieuwe realityserie De Voetbaltrainer. In acht afleveringen biedt Veronica, op maandagavond direct na Veronica Offside, een uitgebreide blik achter de schermen bij zes trainers van amateurelftallen. Te zien en te horen is hoe zij tekeergaan langs de lijn, hoe zij met lastige spelers omgaan en ook dat voetbal in hun privéleven een grote rol speelt.
Twee van de hoofdpersonen zijn Cor ten Bosch (72), trainer van JOS Watergraafsmeer uit Amsterdam, en Niels Visser (50), trainer van Oranje Wit uit Elst. Ze kennen natuurlijk niet de druk die topcoaches als Erik ten Hag en Arne Slot dagelijks ervaren. Toch zijn zij, op hun niveau, bijna net zo ambitieus en delen ze de grenzeloze liefde voor volkssport nummer 1.
De Voetbaltrainer
“Voetbal is het leukste spelletje om naar te kijken en helemaal om te doen”, zegt Ten Bosch. “Maar het is ook een sociaal gebeuren. Ik heb mijn meeste vrienden en kennissen eraan te danken. Voetbal verenigt. Het brengt de stratenmaker en de chirurg bij elkaar.” Visser: “Voor mij betekent voetbal emotie. Vroeger was ik een week ziek na een nederlaag. Gelukkig kan ik inmiddels wat beter relativeren.”
Ten Bosch speelde in de Ajax-jeugd met Johnny Rep en Arie Haan, die het schopten tot het Nederlands elftal. Dat lukte Ten Bosch niet, maar hij is wel al bijna veertig jaar hoofdtrainer. “Mijn gezin staat voorop, maar voetbal komt er vlak achteraan. De opvoeding van mijn kinderen lag voor het grootste deel bij mijn vrouw, omdat ik er vaak niet was. En ik krijg nog weleens om mijn oren dat we nooit op vakantie gaan. Maar ze is het gewend. Anders blijf je ook niet 44 jaar bij elkaar.”
Niels Visser
Visser werd op z’n vijfde lid van een club en stopte op z’n 25e toen hij een kruisband afscheurde. ”Daarna heb ik me op het trainersvak gestort. Ik haal mijn voldoening sindsdien uit het beter maken van spelers.” Daar is hij 20 tot 25 uur per week zoet mee, vooral in het weekend. “Een verjaardag op vrijdagavond sla ik over.”
De Veenendaler is vrijgezel. “Als een leuke vriendin voorbijkomt, dan is het voor mij belangrijk dat de relatie samengaat met het voetbal.” Zij moet Visser op zaterdag dan wel vaak missen. De wedstrijddag is heilig voor hem en verloopt altijd hetzelfde: “Om 6 uur in de ochtend ga ik naar de kapper, om 7 uur naar de supermarkt en nadat ik mijn honden heb uitgelaten, vertrek ik naar het voetbalveld.” Op zondag staat de bal ook centraal. “Dan maak ik de analyse van de wedstrijd en bereid mijn trainingen voor de komende week voor. En ik zit ook nog elke twee weken in de Kuip om Feyenoord aan te moedigen.”
Cor ten Bosch
Ten Bosch is uit hetzelfde hout gesneden: alles draait om voetbal. “Op een feestje op de avond voor een wedstrijd zit ik naar de klok te kijken. Ik wil de volgende dag fris en fruitig voor de groep staan.” De zeventiger is nog altijd bloedfanatiek. En extreem bijgelovig. “Als we hebben gewonnen, trek ik de volgende wedstrijd dezelfde kleren aan. Ik heb zelfs eens in mei met 26 graden in een ski-jack en op snowboots langs de lijn gestaan, omdat we maar bleven winnen.”
De ras-Amsterdammer heeft een mooie loopbaan achter zich. “Veertien kampioenschappen heb ik gevierd. Als je veel wint, is het een geweldig vak. Maar als je verliest, sta je er echt alleen voor.” Dat merkte hij in het seizoen dat Veronica hem volgde. In de ‘derde helft’ liet hij zich desondanks niet kennen. “Ook als ik teleurgesteld ben, drink ik een biertje.” Lachend: “Ik ben dan wel een stuk vroeger thuis.”
Visser voelt en gedraagt zich na de wedstrijd als een van de jongens. “Zaterdag om half vijf heb ik ook weekend. Dan drink ik gezellig mee.” Ook als zijn team verliest. “Winnen en verliezen horen allebei bij de sport.” En hoe fanatiek hij ook is, winnen is niet het allerbelangrijkst voor hem, dat is ‘normaal’ gedrag. “Ik heb twee regels. Deelt een speler een doodschop uit of gebruikt hij het k-woord, dan haal ik hem van het veld en wil ik hem nooit meer zien.”
Ook op zijn eigen gedrag moest Visser het afgelopen seizoen letten, want de camera’s volgden hem en zijn vijf collega’s op de voet. “Met zo’n zendertje op weet je dat alles geregistreerd wordt, maar mijn taalgebruik is gelukkig niet zo grof”, zegt Visser. “Ik ben puur natuur, ik heb gewoon mijn ding gedaan.”
Ten Bosch zag vooral de lol ervan in. “Ik vond het alleen minder leuk om met een cameraman en een vent met microfoon achter me aan bij andere clubs aan te komen. Alsof ik een filmster was.”
De Voetbaltrainer is vanaf maandag 21 augustus wekelijks om 20:30 uur te zien op Veronica.
