Lieve column,
Je valt meer op dan ik dacht. Sterker nog, je geeft toch een soort van macht. Zo zijn er collega’s die mij aansporen om een scherp stuk te schrijven over een tv-programma of over een optreden van een collega. “Schrijf die Angela de Jong eens in de grond, wat een vreselijk mens.” Maar negen van de tien keer ben ik het juist met Angela eens en daarnaast wil ik dit stuk papier doordrenken met positiviteit. En niet geheel onbelangrijk, het moet persoonlijk zijn.
Persoonlijk heb ik de laatste tijd weer met tranen in de ogen voor de buis gezeten. Niet omdat ik slechte tv zag, maar omdat de wedstrijd Ajax - Chelsea zoveel emotie bij mij losmaakte dat ik van opwinding gil, huil en op de bank stond te springen. Mijn opvatting is dat je als mens zowel je mannelijke als je vrouwelijke kant moet ontwikkelen. Daarom hou ik net zoveel van voetbal als het Eurovisie Songfestival, geniet ik van de stamtafel van VI maar ook van de travestietencompetitie RuPaul’s drag race.
Maar de meeste tranen heb ik de laatste week gelaten bij de Netflix-serie Pose. Ik gebruik jou, beste column, voor die ene lezer die dit pareltje nog niet kent. Of het even heeft opgezet en het na vijf minuten kijken heeft afgezet. Die kijker mist ondertussen één van de mooiste series ooit gemaakt. De serie speelt zich af in de wereld van homo’s en transseksuelen, gezet in het decor van New York eind jaren 80 gemaakt door media fenomeen Ryan Murphy.
Het gaat over liefde, passie, haat, ambities, discriminatie. Het weet mij zo te raken dat ik alle spelers wil omhelzen en prijzen. Zijn het de acteurs die in het echte leven ook gay of transseksueel zijn? Is het de muziek? De plotwendingen? Wat maakt deze serie nou zo uniek? Volgens mij is het met zoveel liefde gemaakt dat je alleen maar één pose kan aannemen, een diepe buiging!