Peter van der Vorst zat vorige week tot twee keer toe tegenover een held.
Inmiddels ben ik er wel aan gewend om tegenover grote internationale beroemdheden te zitten. Het zijn ook maar gewoon mensen die toevallig heel goed in iets zijn. Toch overkwam het me vorige week twee keer op 1 dag dat ik in dezelfde ruimte was met sterren van wie ik ‘fan’ ben. De eerste was Will Smith, die ik samen met zijn zoon Jaden mocht interviewen over hun nieuwste film After Earth. Als puber sloeg ik geen aflevering van The Fresh Prince of Bel Air over en nu zat ik met hem in dezelfde kamer! Hij bleek net zo charmant en grappig als in de serie en straalde een positieve energie uit die je niet vaak ziet bij zijn Hollywoodcollega’s.
Mijn tweede held kwam ik die middag tegen bij de persviewing van Wills film en is, min of meer, een collega van me: BBC talkshowhost Graham Norton. We zaten pal naast elkaar in een klein bioscoopzaaltje, maar ik durfde hem niet aan te spreken. Bovendien was-ie nog voor de aftiteling verdwenen, struikelend over mijn voeten. Norton heeft de lach aan z’n kont hangen en weet aan z’n gasten de meest hilarische verhalen te ontfutselen. In Nederland is er niemand die aan zijn niveau kan tippen. Dat geldt overigens ook voor z’n budget.
Waar ik slechts tien minuten met Will en Jaden Smith had in een hotelkamer, ontving Norton in de studio ook nog eens de complete cast van The Fresh Prince die erop los rapte. Dan voel je je als Nederlander toch weer even heel klein.
Je kunt op deze column reageren via Twitter @petervdvorst