Irene Moors en Peter van der Vorst zijn al 16 jaar collega’s bij RTL 4. Ze hebben elkaar geregeld geïnterviewd voor hun programma’s, maar zonder camera’s spraken ze elkaar nooit. Toen Televizier zijn columnist Peter vroeg welke ster hij zou willen zien, hoefde hij dan ook niet lang na te denken.
Gek hè, om ineens zo tegenover elkaar te zitten?
„Best wel. Ik vind het sowieso lastig om geïnterviewd te worden, zo interessant ben ik niet. Waar moet je het in godsnaam met mij nog over hebben? Meestal vragen ze aan me hoe ik werk en een gezinsleven combineer. Daar ben ik wel een beetje klaar mee. Typisch zo’n vraag die altijd aan vrouwen wordt gesteld. Wat doet jóuw lief eigenlijk?”
Die zit in het onderwijs. En is die van jou nog steeds cameraman?
„Barry is tegenwoordig stekkerkoning; zo noem ik hem altijd. Hij is technisch manager bij 24Kitchen. Dat is een digitale foodzender die is voorgekomen uit House of Television, het productiebedrijf dat ik samen met een zakenpartner had.”
Je zegt ‘had’, waarom ben je daarmee gestopt?
„Ik heb gewoon geen verstand van bedrijfsvoering. Ik kan heel leuk programma’s maken en erover meedenken, maar dat is het dan ook wel. Uiteindelijk zijn alle programma’s en mensen overgenomen door 24Kitchen. Prettig, want het was voor mij niet meer te combineren: én moeder zijn, én een bedrijf leiden én programma’s presenteren.”
Je bent gewoon geen zakenvrouw.
„Nee, dat kunnen anderen veel beter dan ik.”
Maar wat voor vrouw ben je dan wel? Je snapt, we moeten de diepte in.
„Ik ben nu 44 en het klinkt wat braaf, maar eigenlijk ben ik best heel blij op dit moment. De druk om altijd maar jezelf te moeten bewijzen, is weg. Het belangrijkste is dat mijn gezin gewoon kan doordraaien en dat ik daarnaast mijn werk vooral leuk vind! De TV kantine heeft natuurlijk voor een boost gezorgd, waardoor televisieland Carlo en mij serieus blijft nemen. Daarnaast hebben we natuurlijk de zondagmiddag met Life 4 you, dat nog steeds heel goed wordt bekeken en dat ik nog echt heerlijk vind om te doen. Carlo en ik hebben net voor vier jaar bijgetekend bij RTL 4. Dat geeft ook rust.”
Afgelopen jaar zou Irene het programma Wie is mijn vader? presenteren, over donorkinderen die via een speciale databank op zoek konden gaan naar hun donorvader. Het bleef bij één aflevering. Het aantal matches was onvol doende om er een serie van te maken. Hoe teleurgesteld was je hierdoor?
„Heel erg natuurlijk. We hebben er hard aan getrokken om voldoende mensen in die databank met donoren te krijgen, maar dat is dus niet gelukt. Het was echt een prachtig project. Daarnaast baal ik er ook van, omdat je dan het stempel krijgt: als Irene iets alleen presenteert, komt het niet goed.”
Denk je echt dat mensen je zo zien?
„Dat maak ik mezelf dan wijs, ja. Terwijl er in het verleden natuurlijk genoeg soloprojecten zijn geslaagd. Maar ik vind wel dat het nu weer tijd is voor een nieuw, fris programma dat ik zelf ga doen, waarop ik me helemaal kan storten.”
Zonder Carlo, bedoel je?
„Ja. Al blijven we natuurlijk ook heel veel samen ondernemen. Dat is toch het allerleukste en vaak succesvol. Dat geeft zekerheid en daardoor kunnen we beiden wat meer risico nemen met nieuwe dingen.”
Zoals de comedyserie Zie ze vliegen? Is dat project geslaagd in jouw ogen?
„Ja, ik vind het gelukt. Al was het natuurlijk niet zo’n hit als De TV kantine. Het was iets minder plat, niet grap op grap. Zie ze vliegen was een kopie van het Britse origineel Come fly with me. Dat was ook een absolute voorwaarde van de Britse makers. Daardoor ontstond er een sfeer van: ‘Oh, Zie ze vliegen is helemaal gejat.’ Maar ik vond het geweldig om dit programma te doen. Ik heb me echt weer over grenzen heen moeten zetten op acteergebied.”
Hoe moeilijk is het om over je grenzen te gaan?
„Voor iemand die graag op zeker speelt, is dat lastig. Daarom heb ik Carlo ook nodig. Die heeft mij m’n hele carrière al over mijn grenzen heen geduwd.”
Ik heb bij jullie op de set weleens gezien dat hij best pittig tegen je kan doen, wanneer de dingen niet gaan zoals hij wil.
„Ik heb dat niet eens meer door. Carlo doet dat vanuit een enorme gedrevenheid en weet dat hij me zo kan motiveren. Hij kan inderdaad op een manier tegen me praten waardoor ik kwaad word, maar waardoor ik wél tot een beter resultaat kom. En echt, uiteindelijk heeft Carlo tv-matig altijd gelijk. ”
Vloek je weleens terug?
„Nee, dat zit niet zo in m’n aard. Ik probeer mensen op een andere manier te motiveren. Ik ben een beetje het cement in een team, wil mensen bij elkaar houden.”
Irene groeide op in Haarlem. Na de opleiding tot medisch secretaresse kwam ze uiteindelijk terecht bij weekblad Donald Duck, waarvoor ze kinderdagen in theaters moest organiseren. Tijdens zo’n evenement werd ze ontdekt door iemand van de NCRV. Voor die omroep presenteerde ze Dit is Disney. In 1989 stapte ze over naar RTL 4, waar ze furore maakte met Telekids.
Wanneer wist je dat je voor televisie wilde werken?
„Ik was 17. Mijn vader moest een keer een filmpje maken voor een vriend en dat liet hij mij presenteren; dat vond ik hartstikke leuk om te doen. Daarna heb ik heel veel screentesten gedaan voor de AVRO, KRO, Vara, noem maar op. Ik kwam steeds heel ver, maar werd het dan toch net niet, vaak vanwege mijn te jonge leeftijd. Ik heb alle afwijzingsbrieven keurig bewaard. Ik had me er al bij neergelegd dat ik er toch nooit tussen zou komen, totdat de NCRV me benaderde.”
En nu al 23 jaar op televisie. Je lijkt wel een soort Mies Bouwman.
„Heb ik ook ooit nog een screentest bij gedaan. Ze adviseerde me iets met kinderen te gaan doen; heeft ze goed gezien.”
Jij hebt dat ‘girl next door’-imago. Word je dat stempel weleens zat?
„Tja, daar doe je weinig aan. Jij hebt dat natuurlijk ook. Volgens mij zien mensen jou vaak als de ideale schoonzoon. Misschien moeten we iets bedenken waardoor we wat spannender over komen.”
Je hebt geen wild seksverleden of zo? Een geheime liefde?
„Nou, ik roep het weleens: ik moet nodig aan een minnaar! Maar ik durf het niet.”
Je hebt het afgelopen jaar ook bij Spuiten en slikken gezeten. Best opvallend voor zo’n braaf meisje.
„Ik had het ooit beloofd en dan vind ik dat je het ook moet doen. En toen kwam dus die vraag uit het publiek die de presentatoren niet durfden te stellen.”
Je had niet hoeven uitweiden over je seksleven en toegeven dat je ‘slikt’.
„Tja, tikkie naïef. Je zit dan in zo’n sfeertje en geeft eerlijk antwoord. Vervolgens wordt het als promotie gebruikt op internet en komt het overal en op elk moment van de dag langs. Ook op tijdstippen waarop mijn kinderen dat kunnen opvangen, en dat vind ik dan iets minder geslaagd.”
Rosalie is 13 en Tijn is 9. Hebben zij er nog last van gehad?
„Nee, gelukkig is ze dat allemaal bespaard gebleven. Zo erg was het ook allemaal niet. Maar de volgende keer denk ik toch wel even na.” Neemt nog een slokje melk. „En dat soort grappen hoor ik dan de hele dag door.”
Even iets totaal anders. Wat merk jij van de economische crisis?
„Nou, dat gaat zeker niet langs me heen. Ook ik heb ik mijn omgeving mensen die daar last van hebben en over wie ik me zorgen maak. Mensen die zelfs lichamelijke klachten krijgen door de ellende waarin ze zitten. Gelukkig verdien ik zelf genoeg om een lekker leven te kunnen leiden. Ik zit trouwens niet op m’n centen; ik geef het heel makkelijk uit. Ook aan anderen.”
Houd je je bezig met politiek? Wat vind je bijvoorbeeld van de manier waarop Geert Wilders het doet?
„Uhm, ik stem zeker geen Wilders, maar hij vertegenwoordigt natuurlijk wel een groot deel van de samenleving. Soms heeft hij wel een punt, maar dan komt het er weer zo ongenuanceerd uit. Wilders als premier zou ik eng vinden, maar ik vind wel dat zijn stem gehoord moet worden. Als er maar genoeg tegengeluid is vanuit de oppositie.”
Vind je het lastig om over dit onderwerp te praten?
„Ja, ik ben er ook niet erg in thuis.”
Dan toch maar even over de combinatie werk en gezin. Sorry, we ontkomen er niet aan… Jij werkt namelijk 40 zondagen per jaar. Dat lijkt me niet heel gezellig.
„Het grappige is dat ik al mijn hele tv-carrière werk in het weekend. Barry en de kinderen weten niet beter. Op zondagochtend ontbijten we samen en dan ga ik rond half twaalf de deur uit. Een weekendje weg zit er eigenlijk nooit in. Dat soort dingen moet je doordeweeks plannen, maar dat wil de school natuurlijk niet. Dus dat is wel een dingetje. Maar zodra er een vrije dag is, gaan we op pad. Ik ben ook echt gek op de Efteling en zo.”
Word je dan niet constant herkend?
„Nee, ik kan absoluut onzichtbaar over straat. Ik doe dan geen makeup op en met mooi weer doet een zonnebril wonderen. Dan kan ik gewoon in de rij staan, zonder dat het iemand opvalt. En ik omring me meestal met vriendinnen en hun kinderen. Dat helpt ook.”
Maar je torent wel boven iedereen uit. Hoe lang ben je?
„1 meter 83. Dat is tevens mijn grootste probleem in De TV kantine. De vrouwen die ik speel, zijn vaak twee koppen kleiner dan ik. Dus dat betekent dat ik voor veel scènes door m’n knieën moet zakken. Wanneer ik Patricia Paay heb gedaan, heb ik de volgende dag overal spierpijn, omdat ik in zo’n onnatuurlijke houding heb moeten staan.”
Zou je zelf goed te persifleren zijn?
„Nee, jij trouwens ook niet. Wij zijn te doorsnee.”
Hoe doorsnee zien de feestdagen er voor jou uit?
„Meestal ben ik met Kerst en Oud & Nieuw op vakantie, maar dit jaar blijven we thuis. Dat betekent wel dat ik meteen de pineut ben: ik mag twee grote diners organiseren: het ene met mijn familie en het andere met Barry’s familie. In totaal zo’n 50 man.”
Ga je dan zelf koken?
„Nee, want dat kan ik dus niet. De ene dag huren we lekker luxe een kok in die thuis komt koken, en de volgende dag zitten we, net als de rest van Nederland, te gourmetten. Zie je wel, heel doorsnee.”
Reageren kan via Twitter: @petervdvorst