Lieve Chantie,
Het is 3 juli 2002. Bloednerveus sta ik in een kleedkamer in het Beatrix theater. Op die dag zou ik mijn eerste rol spelen als DJ Monty in de musical Saturday Night Fever. Ik ben misselijk van de spanning en voel me alleen. Waarom, waarom doe ik mezelf dit aan? Joop van den Ende zat al in de zaal. “Kan ik nog vluchten?”, dacht ik snel. Er was wel een blond meisje met sproetjes dat gelukkig heel aardig was. Op mijn make-up-tafeltje, naast wat bètablokkers en een kilo keelsnoepjes, had ze iets voor me neergelegd. Mijn eerste toi-toi-toi-tje!
Het was een klein boekje over optimisme. Aan de binnenkant stond: “Lieve Monty, hoge bomen zijn klein begonnen… Daar is ’ie dan: je eerste keer! Geniet en als je het even niet ziet zitten, is dit boekje heel handig. Liefs, Chantal Janzen”. Onze band was gesmeden, het was precies wat ik nodig had: een maatje. Je hebt geen rijbewijs, dus reden we samen elke dag naar het theater. En we spraken af: ik help jou waar ik kan op tv, jij mij in het theater.
Je deed je eerste grote tv-show met mij en ik weet nog dat ik bij de repetities dacht: Komt dit goed? Om vervolgens geheel weggespeeld te worden tijdens de uitzending. Die tv-shows en musicals zoals Beauty and the Beast is niet want ons bindt. Het is de liefde voor elkaar en dat ene kleine boekje dat ik al zeventien jaar bewaar. De wereld gaat je talent bewonderen als presentatrice op het Eurovisie Songfestival. Als je vlak voor je op moet denkt: waarom, waarom doe ik mezelf dit aan? Dan lees ik je graag voor uit mijn boekje. Of welnee, jij hebt geen boekjes meer nodig. Je bent inmiddels geen b(r)oekje meer.
Liefs, een trotse vriend voor altijd…