Lang voor de ontdekking van het aardgasveld bij Slochteren was Groningen al een wingewest voor Nederland. De Groningse bodem was namelijk rijk aan turf en in de negentiende eeuw werd de provincie een belangrijke graanleverancier. In de tweede aflevering van De Aarde Beeft vertelt Winfried Baijens dat de rijkdom die turf en graan opleverde niet ten goede kwam aan de gewone Groninger, maar bij een klein aantal herenboeren terechtkwam.
De Aarde Beeft
De Groningse arbeider die op het land zware lichamelijke arbeid verrichtte, leefde vaak in bittere armoede. Baijens gaat in gesprek met ras-Groninger en politicus Johan Remkes en onderzoekt de betekenis van Fré Meis, de Groningse voorman van de CPN die de economische achterstelling van de provincie wilde aanpakken.
