Eigenlijk was Coppola helemaal niet van plan om een derde Godfather-film te maken. De reden dat het toch zover kwam is niet per se vrolijk.
The Godfather: Part III
In de jaren 70 vierde Coppola succes na succes. De eerste twee Godfather-films en Apocalypse Now groeiden uit tot heuse filmklassiekers.
In de jaren 80 braken magere jaren aan voor de regisseur. Bijna alle films die hij maakte flopten grandioos. Toen hij aan de rand van een faillissement stond, kon hij het aanbod om The Godfather: Part III te maken eigenlijk niet weigeren.
Volgens critici is het derde deel het minste in de reeks. Niet zo gek ook: tegen twee van de beste films ooit gemaakt valt nu eenmaal moeilijk op te boksen.
Al Pacino
In The Godfather: Part III is maffiabaas Michael Corleone (Al Pacino) ondertussen bijna zestig jaar oud. Hoewel hij als hoofd van de Corleone-familie enorme sommen geld heeft verdiend, voelt Michael zich vooral schuldig.
Schuldig over hoe hij de afgelopen decennia als een beest te werk is gegaan. Schuldig over alle moorden die hij heeft laten plegen. Vooral de moord op zijn eigen broer is hem niet in de koude kleren gaan zitten.
Michael probeert daarom de activiteiten van de Corleones zo veel mogelijk te legaliseren. Hij zoekt zelfs contact met het Vaticaan.
Niet alle leden van zijn familie zijn blij met de nieuwe koers die Michael vaart. Zeker de jonge generatie niet.
