Wie deze Giro d'Italia ambities heeft om de bergtrui te winnen, kan maar beter zorgen dat hij in de loodzware rit tussen Sacile en Cortina d'Ampezzo vooraan zit. Onderweg zijn namelijk karrenvrachten punten voor dit klassement te verdienen. De renners moeten deze rit 212 kilometer lang klimmen en dalen, met een in totaal te overbruggen hoogteverschil van 5700 meter.
Koninginnerit
Voor de wielerkenners: dat is vergelijkbaar met negentig keer de Limburgse Cauberg op. In deze Koninginnerit ligt ook het hoogste punt van de Giro, de Passo Pordoi van 2236 meter hoog. De renner die daar het eerst boven is, krijgt de Cima Coppi, een prijs die zijn naam te danken heeft aan Fausto Coppi. De Italiaan won medio vorige eeuw vijfmaal de Giro en driemaal het bergklassement.