Wie de Gouden Televizier-Ring wint, is verzekerd van een plekje in de televisiehistorie. Maar in 1976 werd de Ring niet uitgereikt vanwege een schandaal.
Update: 5 augustus 2020, auteur: Jef Willemsen
Fred Oster begrijpt het nog steeds niet. Waarom kreeg zijn Wie-Kent-Kwis in 1976 de meeste stemmen bij de verkiezing, maar hangt de Gouden Televizier-Ring niet boven zijn bed?
Uit een handschriftanalyse bleek dat één persoon vele stembriefjes had ingestuurd met de naam van het spelprogramma. Dat riekte naar fraude. De AVRO-directie en de Televizier-hoofdredactie namen het zekere voor het onzekere en besloten de prijs niet uit te reiken. Een schandaal was geboren.
Postzegels plakken
"Ik had er niets mee te maken, maar werd er wel op aangekeken", memoreert Fred Oster, producer en presentator van de show.
"Dat was heel vervelend. Je denkt toch niet dat ik honderden Televiziers heb gekocht, de stembiljetten één voor één heb ingevuld, postzegels heb geplakt en het hele pak op de bus heb gedaan? Bovendien hadden we die extra stemmen helemaal niet nodig. Ook zonder die briefjes had de Wie-Kent-Kwis de Ring wel gewonnen. Er keken elke zaterdagavond vijf miljoen mensen naar!"
Spelletjes uit Amerika
Hij bedacht het programma in 1974 toen de AVRO zocht naar een nieuw succes in de geest van KRO’s BB-Kwis dat in 1973 de Gouden Televizier-Ring won.
"Je mocht toen nog in een quiz niet meer dan duizend gulden winnen. Op een gegeven moment zag ik bij het Amsterdamse stadhuis bruidsparen staan wachten en ging er een lichtje op: als je paren laat meedoen, mag je twee keer duizend gulden weggeven. Daarnaast kun je praktische prijzen uitloven. Ze kunnen voor een deel van hun uitzet werken."
Inspiratie voor de spelletjes deed hij op in Amerika. "De leukste die ik daar zag, heb ik bij elkaar gegraaid en een beetje veranderd voor de Nederlandse tv. Dat deed iedereen van de omroep in die tijd. Amerika was hét voorbeeld en er kraaide geen haan naar."
Schildpadden en cavia’s
De legendarische caviarace, hoogtepunt van elke Wie-Kent-Kwis, bestond ook al. "Eerst hebben we het geprobeerd met schildpadden die over een landkaart achter een blaadje sla aan liepen. Maar dat werkte niet: ze waren niet vooruit te branden."
"Iemand van de productie, Bob Dutscher, had een doolhofspel met marmotten of cavia’s op een braderie gezien. De Vaassense Pluimvee- en konijnenfokkersvereniging heeft toen geregeld dat het, met wat aanpassingen, in de studio kon worden gespeeld. Ik ben nog tot erelid gepromoveerd."
Eeuwige roem
Allemaal leuk en aardig, maar toch: die Ring is hem lelijk door de neus geboord. "Ik blijf erbij dat ik de winnaar was", claimt Fred. "In deze tijd had ik het aangevochten. Dan had ik misschien wel een proces tegen de AVRO aangespannen. Maar als ondergeschikte van de directie kwam dat destijds niet in me op."
Wat de bittere pil verzoet, is dat de affaire hem heeft behoed voor de vergetelheid. "Het komt elk jaar terug. Als we die Ring wel hadden gekregen, had niemand het meer over de Wie-Kent-Kwis. Op een bepaalde manier ben ik er beroemd door gebleven."
Lees ook het eerste deel van Fred Oster en de Gouden Televizier-Ring van 1976.