In het begin van zijn acteercarrière had Thom Hoffman (51) een voorkeur voor zware rollen in controversiële films: zo speelde hij een fascistische psychopaat in Luger van jeugdvriend Theo van Gogh en tongzoende hij met Jeroen Krabbé in de Reve-verfilming De Vierde Man van Paul Verhoeven.
Het wassende water uit 1986 was zijn eerste grote tv-productie. En hoe ironisch: de achtdelige serie over doorbrekende dijken zorgde ervoor dat ook Thom definitief doorbrak bij het grote (en vooral vrouwelijke) publiek.
Stuurse knul
In Het wassende water speelt hij de rol van Gieljan Beijen, een stuurse jongen die aan het begin van de twintigste eeuw opgroeit in de zwaar christelijke Lopikerwaard. Wanneer hij zich eindelijk heeft losgevochten van zijn tirannieke moeder, maakt hij carrière in het Hoogheemraadschap. En dan dreigen de rivierdijken het dus te begeven.
Topacteurs
Het wassende water – gebaseerd op de gelijknamige streekroman uit 1925 van Herman de Man – verscheen in een tijd dat het Nederlandse tv-drama enorm in de lift zat. Het eerdere succes van De fabriek, Herenstraat 10, Willem van Oranje en De weg zorgde ervoor dat de top van het Nederlandse acteursgilde graag tijd vrijmaakte voor een rolletje in de nieuwe serie – zo komen naast Kitty Courbois (moeder Beijen) en Sjoerd Pleijsier (broer Beijen) ook grootheden als John Leddy, Pieter Lutz, Ellen Vogel en Joost Prinsen voorbij.
Hoorspel
Het was trouwens niet de eerste keer dat de NCRV zich op Het wassende water stortte: in 1970 had de omroep al eens een hoorspelversie van het boek uitgezonden, met de fameuze Paul van der Lek in de rol van Gieljan. Wedden dat die lang niet zo veel indruk maakte bij de dames als zijn jonge opvolger in 1986?
