Het tweede seizoen van ‘Help, mijn kind is te dik’ loopt bijna ten einde. Coach Ingrid Stieber heeft al vele kinderen met overgewicht en hun ouders geholpen aan een gezondere levensstijl. Heeft ze haar doelen bereikt?
Was je meteen enthousiast toen je werd gevraagd?
„Ik was niet bijzonder gecharmeerd van de eerste serie. Nu is de boodschap veel duidelijker dat niet de kinderen, maar de ouders verantwoordelijk zijn voor de ongezonde levensstijl en daarmee het overgewicht van hun kinderen. Ik ben zelf heel blij met het programma.”
Je bedrijf, Lekker pûh!!!, begeleidt al kinderen met overgewicht. Wat wilde je nog bereiken met Help, ons kind is te dik?
„De Nederlandse overheid wil dat onze jeugd over drie jaar de gezondste van Europa is. Daarvoor wordt veel preventief werk opgezet, maar toch zie je dat er nog veel gezinnen zijn die individuele hulp nodig hebben. Ik hoop dat zij zien dat extra begeleiding daadwerkelijk problemen wegneemt. Daarbij zijn de kinderen in ons programma de perfecte ambassadeurs voor een gezonde leefstijl; hun inzet veroorzaakt een domino-effect bij kinderen om hen heen. Maar ook bij de kijker. Zo verbieden steeds meer juffen chips als traktatie op school en ik hoor dat veel kijkers nu wél lezen hoe veel suikers en calorieën er in frisdrank zitten. Zo hoop ik dat iedereen een stukje informatie van het programma meepakt en hierdoor zelf beslist gezonder te gaan leven. Daarnaast hoop ik dat mensen niet meer zomaar over een kind met obesitas (ernstig overgewicht) oordelen; weet dat er vaak iets aan de hand is met dit kind, dat zich uit in overgewicht.”
Is het programma alleen leuk en leerzaam voor mensen met (opgroeiende) kinderen?
„Nee hoor, iedereen steekt er wel iets van op wat toe te passen is op de eigen levensstijl. Doordat we de achtergrond van de gezinnen goed weergeven, is duidelijk te zien dat obesitas meer is dan alleen maar te veel eten. Ook mensen zonder (thuiswonende) kinderen kunnen zichzelf in het verhaal van de gezinnen herkennen. En zelfs als je kinderen hebt die een gezond gewicht hebben, heeft dit programma nog een functie. Ik hoop dat ouders met hun kinderen kijken en zo de motivatie vinden om met elkaar een gezondere levensstijl in te voeren. Bijvoorbeeld door gezellig met elkaar te gaan bewegen; dat is gezond en geeft kinderen een hecht familiegevoel.In de uitzendingen zie je dat veel kinderen hier behoefte aan hebben. Gezellig iets doen met z’n allen.”
Help je ieder kind op dezelfde manier?
„Nee, het telt mee waarom een kind te zwaar is geworden. Bovendien ga je bij een kwetsbaar kind voorzichtiger te werk; bij een ander werkt het weer goed als je hem keihard confronteert met de gevolgen van het overgewicht. Het hoeft niet altijd op een schattige manier.”
Wat is de meest gehoorde smoes in jouw praktijk?
„Ik heb geen tijd, noch om een gezonde maaltijd te maken, noch om te bewegen. Onzin. Iedereen heeft dagelijks vijf minuten om touwtje te springen en je kunt best een kwartier minder tv kijken om te koken.”
Je hebt zelf twee slanke dochters en bent model geweest. Is overgewicht wel herkenbaar voor jou?
„Zeker. Ik ben achteraf heel blij dat ik een strenge moeder had die me als kind in de gaten hield. Zij riep geregeld ‘afblijven!’ als ik wat lekkers wilde pakken, en de tv bleef vaak uit. ‘Ga maar lekker buiten spelen’, zei ze dan. Toch ben ook ik ervaringsdeskundige. Toen ik model was, had ik veel te weinig lichaamsgewicht, omdat ik extreem weinig, maar wel heel gezond at. Toen mijn oudste dochter ook raar dreigde te doen met eten, ging ik van de een op de andere dag juist heel veel eten, om het goede voorbeeld te geven. Maar toen werd ik heel zwaar, meer dan 120 kilo. Nog altijd moet ik goed op mijn gewicht letten; ik eet gezond en beweeg voldoende. Ik heb dus beide kanten van een ongezond gewicht meegemaakt, en bij beide situaties zat ik niet lekker in mijn vel. Daardoor ben ik immens betrokken bij, en heb ik begrip voor, kinderen met overgewicht en hun ouders.”
Volgende week is de laatste aflevering te zien. Heb jij je doelen gehaald?
„Op korte termijn is er geweldig veel bereikt, al waren de doelen hoog gericht. Míjn uiteindelijke doel is over een jaar een BMI die past bij de lengte en leeftijd van alle geportretteerde kinderen. Onze Lekker pûh!-consulenten begeleiden ieder gezin na de opnames nog een jaar lang. Voor Sietse, die in een half jaar tijd 25 kilo aankwam en daarmee het meeste overgewicht had, is dat al bijna zover. Daar doe je het uiteindelijk voor.”