Lieke van Lexmond (30) begint aan een nieuw tv-leven na Goede Tijden, Slechte Tijden. Ze springt meteen in het diepe met Het Zesde Zintuig - Plaats Delict.
Je bent na Karin de Groot, Beau van Erven Dorens en Robert ten Brink alweer de vierde presentator van Het Zesde Zintuig. Wat trekt je aan in het programma?
„Ik bekeek het weleens thuis op de bank en dan vond ik het heel intens. Sommige paragnosten waren zo goed! En dat zijn ze nu weer. We werken dit keer met vier paragnosten die al bekend zijn van het programma: Petra, Tessa, Peter en Coby.”
Worden er weer opzienbarende moorzaken behandeld?
„Helaas wel. Ik stapte in een wereld die ik niet kende. Er zijn zo veel zaken die onopgelost blijven. Het is onze bedoeling dat er vragen worden weggenomen voor de nabestaanden. Dat zou mooi zijn. Dit programma is vooral belangrijk voor de verwerking. Daarin staan de mensen vaak stil als er een geliefde wordt vermoord. En natuurlijk is het ook fijn voor de nabestaanden dat er eindelijk weer iets gebeurt met zaken die al jaren op de plank liggen en waarvan de dader nog vrij rondloopt. Dat is eng en heel aangrijpend.”
Hebben de paragnosten iets verteld waarover je verbaasd was?
„Toch wel. Voor ik het zelf presenteerde, dacht ik dat de paragnosten misschien toch stiekem ingelicht werden over de zaak waaraan ze moeten werken. Maar ik heb nu zelf gezien dat ze niets weten en echt met een blinddoek op de plek aankomen. Vervolgens beginnen ze met praten en dat is zo ongelooflijk. Heel bijzonder, ik kreeg er in ieder geval dik kippenvel van.”
Dit is een heel andere rol dan het publiek tot nu van je gewend is.
„Dit heeft diepgang en er komen veel emoties aan te pas. Ik moet daar respectvol mee omgaan. Natuurlijk is die nieuwe rol een uitdaging voor me, en moet ik nog een beetje zoeken. Maar ik voel veel empathie voor de mensen bij wie we zijn geweest. Ze waren allemaal stuk voor stuk heel lief. Mensen van wie je nooit verwacht dat ze bij zo’n vreselijke moordzaak betrokken zouden raken. Dan realiseer je je dat het jou ook zou kunnen gebeuren.”
Zou je zelf ooit overwegen een paragnost in te huren?
„Als ik een nabestaande was, zou ik het doen. Maar er lopen wel heel veel kwakzalvers rond, dus je moet wel uitkijken.”