Piet Römer (1928 - 2012) won in zijn carrière drie keer de Gouden Televizier-Ring. Dat deed nog niemand hem na. Televizier sprak in 2010 met hem over die historische prestatie.
In 1964 kreeg hij de publieksprijs voor zijn rol van lorrenboer Dirk in Stiefbeen & Zoon (NCRV), in 1970 voor zijn optreden als barkeeper Kootje in 't Schaep met de 5 Pooten (KRO) en in 1997 voor zijn speurwerk als rechercheur De Cock in Baantjer (RTL 4). De Amsterdamse acteur blikte terug in onze serie over de geschiedenis van de Ring. Deel 1: Stiefbeen & Zoon en 't Schaep met de 5 Pooten.
Wat weet u nog van de eerste keer?
"Snip & Snap (Walden & Muijselaar ) hebben de ring uitgereikt in het Vondelpark-paviljoen in Amsterdam, met een hapje en een drankje. Het was voor het eerst dat de Gouden Televizier-Ring werd toegekend. Zo’n prijs bestond nog niet.”
Hoe waren de reacties in uw naaste omgeving?
"Bijna iedereen in de toneelwereld deed er smalend over. Op televisie werd sowieso neergekeken; men beschouwde het als een koekoeksei in het nest van het theater. Max Douwes, de regisseur van Stiefbeen en Aoon, riep: ‘De melkboer krijgt toch ook geen prijs?’ Hij vond het een schande. Het was: prijs de Heer en voor de rest niet meer. Maar toen mijn medespeler Rien van Nunen en ik vlak voor de uitreiking een zakje met duizend gulden kregen, veranderden veel collega’s toch van mening. Duizend gulden was een hoop geld in die tijd. Voor een aflevering van Stiefbeen en zoon kreeg ik in het begin niet meer dan 675 gulden.”
Wat heeft u met de Ring gedaan?
"Die ligt keurig in een laatje op mijn werkkamer, naast de andere twee. De ring van Stiefbeen en Zoon is gemaakt door een bekende amsterdamse edelsmid, Archibald Dumbar. Ze zitten alle drie nog in het originele doosje. Je kunt ze niet gaan dragen; en weggooien doe je natuurlijk ook niet, dat zou niet aardig zijn.”
Ben u trots op uw drie ringen?
"Ik ben er erg trots op. Het is een schouderklopje. Er gaat niets boven applaus in het theater; daar gaan je haren soms recht van overeind staan, maar zo’n onderscheiding is toch ook wel prettig.”
Wat weet u nog van de tweede keer, zes jaar later?
"De uitreiking van de ring voor ’t Schaep met de 5 Pooten was ook in het Vondelparkpaviljoen, waar nu het Filmmuseum zit. Ik bewaar er een tamelijk vervelende herinnering aan. Een kennis van mijn schoonzus deed de catering en schonk rijkelijk whisky. Op een gegeven moment schoot me tot mijn grote schrik te binnen dat ik ’s avonds nog een voorstelling had in Utrecht. Maar ik was intussen behoorlijk zat. Ik ben met een noodgang naar Utrecht gereden en heb daar eerst wat gegeten in een restaurant waar net een feest bezig was en ik handtekeningen moest uitdelen. M’n gouden vulpen is daar nog gejat. In het eerste bedrijf van het stuk stond ik te wankelen op mijn benen. Daarna ging het beter. Het toneel is een heilzaam middel voor kwalen en dronkenschap, al ben ik na de voorstelling dan als een slappe pudding in elkaar gezakt.”
Niet voor herhaling vatbaar?
"Nee, nee, ik ben er niet trots op. Zoiets doe je maar één keer in je leven. Bezopen op het toneel staan, dat kan natuurlijk niet. Het is een minachting van je publiek. Wonder boven wonder heeft niemand het gemerkt. De regisseur niet en het publiek ook niet. ik was blijkbaar nog behoorlijk tekstvast.”
Deel 2 van het interview leest u hier.
Lees ook: