Op z’n twaalfde veranderde acteur Mark Rietman (62) van een vrolijke jongen in een sombere puber. Eén ding bleef gelijk: op het toneel kon hij z’n ei kwijt. ‘Daar kreeg ik weer wat kleur.’
Hij speelde al in heel wat kwaliteitsseries. Dat Mark Rietman barst van enthousiasme voor de nieuwe serie De Droom van de Jeugd, wil dus wel wat zeggen. Voor het KRO-NCRV-drama kroop hij in de huid van vader Kick, het hoofd van een Brabants katholiek gezin in de jaren 60. In negen afleveringen worstelen Kick en zijn vier kinderen zich door het leven. Het jaren 60-huis waarin werd gefilmd, bracht Rietman terug naar zijn eigen jeugd. Die begon heel gelukkig, vertelt hij vanuit zijn Haagse woonkamer.
“De eerste twaalf jaar van mijn leven herinner ik me als een heerlijke tijd. Ik groeide op in Amsterdam met een tweelingzus en oudere broer. Nu klink ik heel anders, maar toen sprak ik Platamsterdams. Mijn vader werkte in de ziektekostenverzekeringen, mijn moeder in de ouderenzorg. We hadden het niet breed, maar in mijn herinnering was ik altijd in de zon aan het buitenspelen. Op de basisschool deed ik vaak gek. Een leraar zag daar iets in en ging toneelstukjes met mij maken.”
Is toen je droom om acteur te worden begonnen?
“Je zou het nu niet meer zeggen met mijn serieuze kop, maar eigenlijk was het mijn droom om een goede komiek te worden. Ik was gek van Toon Hermans en Wim Sonneveld. Mijn ouders spaarden om twee keer per jaar boven in Carré te kunnen zitten voor 6 gulden. Ik zag die clowns op het podium en dacht: dit is zó leuk.”
Waarom is het bij een droom gebleven?
“Ik ben iets te veel in het serieuze toneel terechtgekomen, omdat ik de pijn, het verdriet en ongeluk in het leven ook interessant vind om vorm te geven. En ik merk dat er een soort emotionaliteit in me zit die er via het spelen uit kan. Al heb ik ook weleens een stuk teruggegeven. Dat ging over twee ouders die hun kind hadden verloren. Ik wilde niet drie maanden lang, vijf keer per week die tunnel van verdriet ingaan. Dat gaat onder je huid zitten. Gelukkig heb ik ook heel lollige stukken kunnen spelen. Ik ben als acteur een beetje een mix van die onbezorgde jongen van voor m’n twaalfde en die serieuze puber van daarna.”
Serieuze puber, leg eens uit?
“Ik herinner me mijn puberteit als de donkere middeleeuwen waarin de ernst over me heen viel. Hoewel ik uit een onbemiddeld gezin kwam, kon ik wel goed leren. Ik ging naar het Montessori Lyceum in Amsterdam Oud-Zuid, waar alleen maar advocaten- en dokterskinderen zaten. Ik werd daar stiller, minder opvallend. Ik ben toen ook maar netjes gaan praten, zodat ik niet als iemand van het ‘gewone volk’ door de mand zou vallen.”
Hoe kwam je uit die donkere tijd?
“Ook toen waren er weer twee leraren met wie ik toneelstukken ging maken. Via het toneel kreeg ik weer wat kleur op de wangen.”
Was het juist niet eng op het toneel te staan, als je zo in jezelf teruggetrokken was?
“Ja, en dat is het nog steeds wel. Ik vind het leuk op het toneel, maar ik moet altijd wel eerst een duik over mijn schuchterheid heen maken. Zelfs na al die jaren moet ik mezelf nog een beetje vrijspelen bij iedere rol. Daarom is het voor mij belangrijk om tijdens repetities de tijd te krijgen om me de rol eigen te maken, te zorgen dat het mag van mezelf.”
Je zegt in interviews weleens dat je de wanhoop wilt vertolken in je werk, wat bedoel je daarmee?
“Een regisseur zei dat ooit: ‘jullie vertolken de wanhoop’. Dat vond ik heel mooi. Wij laten als acteurs de zoektocht naar de zin van het leven zien, de zoektocht naar een mooie invulling van het bestaan. Die zoektocht, naar bijvoorbeeld liefde, heeft vaak iets wanhopigs.”
Waarom vind jij het belangrijk om die wanhoop te laten zien?
“Omdat het de kijker herkenning biedt, en herkenning biedt troost. Maar het heeft ook een tragikomische kant. Het kan ook leuk en lachen zijn om te kijken naar mensen die in hun eigen rotzooi zitten te roeren. Dat werkt heel louterend.”
De zoektocht naar de zin van het leven zit ook heel erg in de serie…
“Absoluut, iedereen probeert z’n leven vorm te geven en zijn ware zelf te vinden. Zoon Max, gespeeld door Ko Zandvliet en later Peter Paul Muller, heeft bijvoorbeeld gevoelens voor een vriend waaraan hij niet echt aan toe durf te geven. Zijn vrouw Annet ziet dat en is op haar beurt zoekende in hoe zij daarmee omgaat. Ze heeft er natuurlijk pijn van, maar probeert er uit liefde voor hem ook ruimte voor te maken. Die prachtige rol wordt overigens gespeeld door Ghislaine Pierie, die in januari helaas is overleden aan kanker.”
In de serie komen allerlei grote politieke gebeurtenissen voorbij. Welke is jou het meest bijgebleven?
“Vooral 9/11, met name door de plek waar ik op dat moment was. Ik draaide in Suriname een film over Bouterse. Ik was ’s morgens aan het trainen, toen ik op de Surinaamse radio hoorde dat er een klein vliegtuigje de Twin Towers in was gevlogen. Op mijn kamer zag ik de tweede aanslag live gebeuren. Het was vooral fascinerend om te zien hoe anders wij westerlingen ernaar keken, vergeleken met de Surinamers.
Wij waren totaal in shock, terwijl zij gewoon doorgingen met hun leven. Ik herinner me dat de staatssecretaris van cultuur, Van der Ploeg, ook toevallig in dat hotel was. Terwijl wij aan de bar naar CNN keken, zag ik hem in het zwembad op een luchtbedje langsdrijven. Dat was zó’n beeld van onbetrokkenheid, dat een van de leiders van ons land daar lekker lag te dobberen terwijl de wereld in brand stond.”
Stel dat de serie zou terugblikken op het heden, wat denk je dat dan de grootste thema’s zouden zijn?
“Corona natuurlijk. En ik denk dat er nog veel staat te gebeuren. We zitten in duistere tijden, met de steeds groter wordende kloof tussen rijk en arm, de grote vluchtelingenstromen en de oorlog in Oekraïne. Ik ben soms bezorgd om mijn dochters. Ik heb misschien nog twintig jaar te gaan, maar zij hebben hun leven nog voor zich.”
Waar maak je je zorgen om?
“Het kan zomaar de verkeerde kant op gaan met die nare mannen aan de macht. Poetin, die wellicht voor z’n dood nog wereldheerschappij ambieert. Of Trump die nog een keer aan de macht komt. Het ziet er allemaal niet zo lekker uit in de wereld. Laten we hopen dat het zo’n vaart niet zal lopen.”
De Droom van de Jeugd is vanaf 7 juni iedere woensdag te zien bij KRO-NCRV op NPO 1.