Interview

Anniko van Santen over veiligheid en daders

25 maart 2019 13:00 | sterren | Door Televizier

© Michel Schnater
Opsporing Verzocht is een instituut en trekt wekelijks rond een miljoen kijkers. En mede dankzij hen wordt zo’n 40 procent van de misdaden uiteindelijk opgelost. “We horen wel eens zeggen: ‘Ik kijk elke week en wil zo graag een tip geven, maar ik weet nooit wat.’ Dan reageren wij: ‘Wat fijn! Dat betekent dat u geen criminelen kent!’”
Tekst: Ella Weisbrod

Presentator en eindredacteur Anniko van Santen lacht. “Maar het wordt wel eens onderschat hoe eng dat is, hoor, tippen. Want je gaat meestal uit van een vermoeden. Je weet zelden iets zeker. Het is uiteindelijk vooral een keuze als mens: ik vind dat ik dit voor die ander moet doen. Ons programma draait ook om mededogen."

Je presenteert Opsporing verzocht nu veertien jaar en wordt gezien als kundig en dienstbaar. Hoe ervaar je dat?

"Het is een rol waarin ik me lekker voel. Het gaat mij nooit om de bekendheid. Vorig jaar overleed mijn vader en in zijn spullen vond ik een map met oude interviews. Twintig jaar geleden zei ik al dat ik bij voorkeur in de luwte vertoefde en dat is nog steeds zo. De rust en betrouwbaarheid van het programma stralen op mij af. Dat is niet mijn verdienste."

De politie bepaalt de inhoud van jullie programma?

"We maken dit programma in samenwerking met politie en justitie. Zij hebben het laatste woord, al is er uiteraard overleg. Soms zijn er urgente zaken die meteen behandeld moeten worden en soms kunnen we een zaak even uitstellen. Ik vergelijk het vaak met koken. Ken je het programma MasterChef? Daarin ontvangen mensen een mysterybox – ze moeten een menu samenstellen met ingrediënten die ze krijgen aangereikt. Dat is wat wij elke week doen. Ik vind het superleuk, want het maakt je als programmamaker op een andere manier creatief."

Ook in je persoonlijk leven speelde veiligheid een rol: je moeder verliet met jou en je broer noodgedwongen het huis omdat je vader een agressief mens was.

"Hij was een heel, heel boze man met nare kanten, onmogelijk voor zijn omgeving. Gelukkig heeft hij weinig toenadering meer gezocht. Dan zou het opnieuw fout gegaan zijn. Maar het was een bitterzoet verdriet: ik wou dat het anders was gelopen. En voor hem moet het pijnlijk zijn geweest dat ik de achternaam van mijn moeder aannam. Ik ben blij dat ik hem nog heb bezocht voor hij stierf. We kwamen samen tot de conclusie dat het zo goed was. Er was een soort mededogen gegroeid."


Heb je enig begrip ontwikkeld voor daders?

"We maken een strikt neutraal programma, over mensen die iets hebben misdaan en moeten worden opgespoord. Het waarom is niet van toepassing. Maar natuurlijk zien we daders voorbijkomen van wie je denkt: hier zit een heel verhaal achter. Dan zou ik het jammer vinden als ze niet de kans krijgen om hun misdaad recht te zetten, om een beter leven te gaan leiden.

Ik herinner me een overval op een supermarkt waar mensen met een beperking werkten. De jongetjes die de overal pleegden waren hooguit achttien. Wat is er misgegaan? Waarom voelen ze geen empathie? Er is blijkbaar een groep jongemannen die zich niet bij de samenleving betrokken voelt. Toch vind ik het moeilijk als op Twitter geroepen wordt ‘Stuur die lui terug’. Hoe beperkt is je wereldbeeld dan? Soms maak ik me zorgen over die polarisatie. Er is geen midden meer.

Zelden zegt iemand: ‘Ho, laat ik hier eerst eens over nadenken.’ Er mag geen twijfeling meer zijn; je moet meteen een oordeel klaar hebben. Wij bij de media leggen ook vaak het vergrootglas op tegenstellingen, dat is waar. Ik zou het heel erg vinden als nu ergens een Mohammed niet wordt aangenomen, omdat zijn baas denkt: dat brengt alleen maar ellende. Het gaat erom wat je doet en niet wat mensen denken dat aan je kleeft.”

Het kwaad bannen we niet uit. Maar hoe kunnen we een betere maatschappij inrichten?

"Onderwijs is cruciaal. Er bestaat een leerplicht en een klas is een mini-samenleving, de eerste plek waar je het moet zien te rooien met anderen. Zo ontzettend belangrijk! Een leraar die jou ziet staan, een identiteit geeft, een richting wijst. Het respect voor dat vak kun je nooit genoeg benadrukken. Maar als wij er al niet voor zorgen dat er überhaupt iemand voor de klas staat, hoe moet het dan verder?"

Opsporing verzocht | dinsdag | NPO 1 | Avrotros | 20.30

Meer over