'Ik lijk wel terminaal'

Jan Rot blikt terug op slopende kwartfinale De Slimste Mens

20 januari 2022 08:58 | sterren | Door Jef Willemsen

© Screenshot NPO 2
Jan Rot was eigenlijk te ziek om te spelen, maar wilde niet verzaken tijdens de kwartfinale van De slimste mens, zo onthult hij in zijn column.

Jan Rot hoorde in september dat hij aan een ongeneeslijke vorm van kanker lijdt. Voor het AD schrijft de 64-jarige artiest over zijn leven en de ziekte. Zo ook over zijn deelname aan De slimste mens.

Chemobrein

Een van Rots laatste wensen was nog één keer meedoen aan De slimste mens. Tijdens de allereerste editie greep hij net naast de overwinning, nu wilde hij zich revancheren. Vooraf verontschuldigde Jan zich nog voor verminderde scherpte door zijn 'chemobrein'. Toch wist hij het tot de kwartfinale te schoppen. 

'Ik ben op'

Rot schrijft in zijn column dat de eerste vier afleveringen fijn verliepen. Maar tijdens de laatste draaidag is hij 'zo ziek als een hond': "Afzeggen is geen optie. De taxi naar Hilversum lijkt uren te duren. Als ik uitstap kan ik mijn drie kostuums, voor elk mogelijk potje een, nauwelijks dragen. Eenmaal in mijn kleedkamer, begin ik zacht te huilen. Ik lijk wel terminaal. Ik moet naar bed, ik ben op."

Zwart gat

Achter de schermen wordt hem aangeboden te stoppen, maar Rot kiest ervoor door te gaan: "Zodra de camera's draaien ben ik zo weer het heertje", belooft hij Philip Freriks en de crew. Dat valt tegen: "Parate kennis lukt net, maar zodra ik moet associëren of nadenken, blokkeer ik. Als een mobieltje op 2 procent zie ik het zwarte gat al naderen."

Ademnood

Rot moest het in de dagfinale opnemen tegen regisseur Johan Nijenhuis, maar heeft er niet veel van meegekregen: "Ik hoor nauwelijks wat Philip zegt, hap naar adem. Wat weet je van kiwi’s? Ik heb er net een op, dat scheelt. In hoog tempo gaan de punten naar beneden. Ik ben er maar half bij, laat het klaar zijn."

'Goed zo'

Rot blokkeert uiteindelijk op een vraag over vinex-wijken: "Huh? Zo vaak zag ik kandidaten onbegrijpelijk in de stortkoker springen, nu doe ik het zelf. In plaats van iets te proberen, roep ik: ‘Niks. Pas.’ Ik hoor de antwoorden van Nijenhuis niet eens, alleen de gong. Ik lig eruit. Meteen valt de druk weg. Het is goed zo."

In de studio is geen publiek, maar het applaus klinkt lang na. 

Meer over