André van Duin over Het geheime ­dagboek van Hendrik Groen

Het is hem niet aan te zien, maar André van Duin heeft een periode van keihard buffelen achter de rug. Behalve voor de opnamen van Heel Holland bakt in de weekends, maakte hij doordeweeks lange dagen op de set van de nieuwe twaalfdelige Max-serie Het geheime dagboek van Hendrik Groen. Beide programma’s beleven deze week spannende momenten.

Pensioensgerechtigde leeftijd

HHB met de seizoensfinale en Het geheime dagboek van Hendrik Groen met de eerste aflevering. Alle reden om eens aan tafel te gaan zitten met André van Duin, die op pensioengerechtigde leeftijd een nieuwe carrière op poten heeft gezet. “Ik zit in de luxepositie dat ik een beetje de krenten uit de pap kan halen”, zegt hij. Dat zo’n gedroogde druif niet altijd even zoet is, bleek op de set van Het geheime dagboek van Hendrik Groen. Het is een serie waarin humor en tragiek op een Nescio-achtige manier met elkaar zijn verweven. De glimlach in plaats van de schaterlach. Dat betekende dat de meester van het uitvergroten ineens klein, kleiner, kleinst moest acteren. En dat viel helemaal niet mee.

Wat voor man is Evert?

“De serie speelt in een bejaardenhuis en Evert woont in een bejaardenwoning, dus ik heb eigenlijk niet zo veel met dat huis te maken. Behalve dat Hendrik Groen mijn beste vriend is. We gaan veel met elkaar om en alles wat je kunt meemaken in een bejaardenhuis maken we mee. Leed en ellende en af en toe ook vreugde. Mensen moeten ook zeker niet denken: oh, André van Duin, dat wordt lachen!”

De serie is gebaseerd op het boek Pogingen iets van het leven te maken. Het geheime dagboek van Hendrik Groen. Recensies omschrijven het boek als: ontroerend, aangrijpend, tragisch en soms hilarisch. Is dat ook allemaal van toepassing op de serie?

“Allemaal, behalve hilarisch. Ik vind de serie wat ­serieuzer dan het boek. Het is een dramaserie met af en toe een kleine glimlach om dingen die in een bejaardenhuis gebeuren. Improviseren van mijn kant was er dan ook niet bij. Dan was het meteen van: nee, het is geen comedy… Nee, dat is te koddig. Dus voor de lach die ik er zelf in wilde brengen was eigenlijk geen ruimte.”

Dat was wel even wennen, denk ik.

“Ja. Dat was zeker wennen. Ik ben in de eerste plaats een komiek en dit soort rollen is niet mijn specialiteit. Televisie is ook een keurslijf waarin je je aan je tekst moet houden. Heel anders dan theater waar je dingen nog kunt uitbouwen. Dat was voor mij echt zoeken en wennen en daar heb ik het wel moeilijk mee gehad. Ik moest me steeds inhouden. Het moest kleiner, nóg kleiner. Ik hield niet zoveel meer over.”

Uitgerekend de man van het extreme uitvergroten.

“Ja, je talent wordt dan eigenlijk helemaal niet gebruikt. Ik vroeg meteen al waarom ze mij hiervoor wilden hebben. Maar Jan Slagter, de regisseur en de andere spelers riepen: ‘Dit is helemaal iets voor jou.’ Bovendien is Evert in het boek echt een belhamel, dus ik dacht dat ik de boel wel een beetje in de war kon schoppen. Dat viel tegen.”

Was het nog wel leuk om te doen?

“Eh… Nou. Dat weet ik eigenlijk niet. Op de set was de sfeer echt heel gezellig, daar lag het niet aan. Maar ik weet niet of ik het meteen een tweede keer zou doen. Het was sowieso een zware periode. Dat speelde ook mee. Doordeweeks werd ik om zeven uur ’s ochtends opgehaald en was ik pas ’s avonds weer thuis. In de weekends was er Heel Holland bakt van ’s morgens negen tot ’s avonds zeven uur. Twee maanden lang. En ik voelde me niet zeker over die rol. Nee, comedy ligt me echt beter.”

Hebt u er zelf al iets van gezien?

“Ja. Dat was vreemd. Bij een comedy zie ik meteen: dat is goed gedaan of dat kan wat vetter. Maar hierbij weet ik het niet want ik heb er geen ervaring mee. Dus ik ga maar af op het oordeel van de anderen, acteurs, de regisseur en de producers. Ze zijn allemaal uiterst tevreden en iedereen vindt het geweldig. Dus ik hoop dat het goed uitpakt.”

Deze week is uw tweede finale van Heel Holland bakt. Wat was het verschil tussen uw eerste en tweede seizoen als presentator?

“Martine Bijl was heel populair en geliefd als presentator dus ik trok wel heel grote schoenen aan toen zij plotseling moest stoppen. In het begin mopperden mensen ook wel een beetje, zo van: dat wordt natuurlijk taarten gooien. Dus ik heb me heel rustig gehouden en dat sloeg gelukkig aan. Met die wetenschap kon ik me in het tweede seizoen wat meer permitteren. Maar niet te veel want het moet geen André van Duin-show worden. Het gaat om de bakkers. Ik ben alleen de ­storende factor die daar af en toe tussendoor loopt.”

En volgend jaar?

“Dat weten we niet. De bal ligt nog steeds bij Martine. Het was de bedoeling dat ik het voor een jaar zou overnemen en dat zijn er al twee geworden. Als zij zich volgend jaar goed genoeg voelt dan staat de deur wagenwijd open en geef ik het stokje zo weer over. ”

The Sunshine Boys, Heel Holland bakt, Hendrik Groen… Waarom begint u op een leeftijd dat anderen met pensioen zijn aan een nieuwe carrière?

“Ik heb vijftig jaar lang André van Duin de komiek uitgehangen. Dat was heel succesvol en heel erg leuk en ik kijk er met veel plezier op terug. Maar als je zeventig wordt, ga je denken: het moet niet zielig worden met al die typetjes. Je moet dan toch ook andere dingen gaan doen. Ik had de mazzel dat Jan Slagter me belde met de vraag of ik Heel Holland bakt wilde doen. The Sunshine Boys was een idee van Joop van den Ende. Het is wel leuk dat ik er na die carrière nog een carrière naast hebt. Want het is niet zo dat ik dat andere helemaal wegschuif. Ik wil best een leuke comedy gaan doen. En ik blijf ook zingen.”

Zijn er al vaste plannen?

“Geen vaste, wel een heleboel losse. Ik heb altijd wel mazzel in mijn leven en zie wel wat er op mijn pad komt. Er liggen allerlei dingen die leuk zouden kunnen zijn om te doen. Ik heb heel lang gezaaid, nu ben ik aan het oogsten en het is een goeie oogst. Haha, ik ben begonnen met Nieuwe oogst en eindig met nieuwe oogst.”

Het geheime dagboek van Hendrik Groen, maandag - 22.20 uur • NPO 1
Heel Holland bakt, zondag - 20.25 uur • NPO 1