Martin Scorsese kreeg het zwaar te verduren toen hij The Last Temptation of Christ uitbracht, en ook Mel Gibson werd bedolven onder kritiek uit religieuze hoek voor zijn The Passion of the Christ. Al ruim honderd jaar verfilmen regisseurs Bijbelse verhalen en relletjes horen daarbij.
Noah
Darren Aronofsky staat erom bekend dat zijn films altijd ‘schuren’. Of het nu gaat om drugsgebruik in Requiem for a Dream of de zwartgallige wereld van een balletdanseres in Black Swan.
Met Noah waagt ook hij zich aan een Bijbelverhaal: dat van de ark van Noach, waarin God door middel van een zondvloed de aarde wil ontdoen van alle levende wezens.
Noach (Russell Crowe) bouwt een ark om hieraan te ontsnappen, met zijn gezin en duizenden dieren. Aronofsky gebruikte geen echte giraffes en leeuwen; alle dieren in de film zijn met de computer geanimeerd.
Russell Crowe
Russell Crowe speelt de titelrol in Noah. Hij maakte zijn personage expres onaardig. Daar had hij een goede reden voor:
“Het gekke is dat veel mensen Noach een goed mens vinden, omdat hij de dieren redde.
Ze vergeten wel dat hij ook de man is die alle mensen op aarde zonder pardon liet sterven.”